Afscheid 12
Mijn restaurant is op de marktplatz van Fritzlar. In de vroege ochtend lopen honderden kinderen langs het restaurant op weg naar school. Vanochtend stond ik als gewoonlijk met mijn hond Charlie te staren…. Alle kinderen droegen een mondkap. Op school moeten ze dat ook.
Op bezoek bij oma houden ze de mondkap op … oma mag niet ziek worden….
Dat het pijn aan de ogen doet… dat er het besef is dat het voor de kinderen ‘het nieuwe normaal’ is.
We kennen allen de beelden van mensen alleen in de auto met een mondkap.
Je kunt geen fatsoenlijk woord meer over deze toestand zeggen. hoe ziek moet je zijn om te geloven wat opgedragen wordt…hoe dom en volgzaam….
Elke 10 Seconde sterft een kind van de honger (leefomstandigheden), dat is sociaal economisch vraagstuk
Met statistieken kun je van alles uithalen. Journalisten zijn niet echt wetenschappers…nog naast het feit dat de bronnen vager worden en wetenschappers de diepe ‘Leeuwenhoek, ‘Marie Curie’ passie niet altijd hebben.
We weten veel meer niet dan wel. We wordt geleerd sociaal acceptabel te zijn, sociaal wenselijk. De maatschappij is verwoorden tot een vormingsinstituut waar geen regisseur is. Kudde dieren….
“We hebben alleen geen regisseur….er is geen beeld… slechts nog losgeslagen meningen van on-gepassioneerde minkukkels die ter nauwe nood een notie hebben dat ze bestaan â€.
De predispositie is naast… cognitieve dissonantie een deel van het psychologisch vocabulaire…We weten uitleg is uitstel…Ik pleit voor het einde van psychologisch vocabulaire gebruikt door de  nitwit.
Toch even een paar zinnen Duits voor het plezier dan maar
Weil die Leute, statt des Besten aller Zeiten, immer nur das Neueste lesen, bleiben die Schriftsteller im engen Kreise der zirkulierenden Ideen, und das Zeitalter verschlammt in seinem eigenen Dreck.
Arthur Schopenhauer (1788 – 1860), deutscher Philosoph
En de schoonheid van Rainer Maria Rilke
Die Aufzeichnungen des Malte Laurids Brigge
Ich lerne sehen. Ich weiß nicht, woran es liegt, es geht alles tiefer in mich ein und bleibt nicht an der Stelle stehen, wo es sonst immer zu Ende war. Ich habe ein Inneres, von dem ich nicht wußte. Alles geht jetzt dorthin. Ich weiß nicht, was dort geschieht.
Ich habe heute einen Brief geschrieben, dabei ist es mir aufgefallen, daß ich erst drei Wochen hier bin. Drei Wochen anderswo, auf dem Lande zum Beispiel, das konnte sein wie ein Tag, hier sind es Jahre. Ich will auch keinen Brief mehr schreiben. Wozu soll ich jemandem sagen, daß ich mich vera?ndere, bleibe ich ja doch nicht der, der ich war, und bin ich etwas anderes als bisher, so ist klar, daß ich keine Bekannten habe. Und an fremde Leute, an Leute, die mich nicht kennen, kann ich unmo?glich schreiben.
Het zou mooi zijn als we afscheidt nemen van diagnostiek, labelen, framing… wellicht 95% van het psychologische vocabulaire….. onderling menselijk gekwetter niks anders levert het op
Afscheid nemen van denken te weten…. Het zijn alles slechts zinnen die een schrijver… doeken die een schilder…. Klanken die een muzikant deelt…waar je in mag duiken
De gedachte dat het een ‘wetenschappelijk’ werk is met een serieuze mening is ietwat beklopt… niet is wetenschap en tegelijk is t alles… elke dag is er deelbaars dat ‘anders is dan geweest’
Leuk vond ik, was er bij, de uitspraak van Alain de Botton
“What is a snob? A snob is anybody who takes a small part of you and uses that to come to a complete vision of who you are. That is snobbery.â€
dit was op een reactie van een snaak die 5 zinnen van een boek las, de context en de man niet kende … toch grotesk de vloer aandweilde ook leuk… beetje snobbery heb ik vandaag weer eens beleefd…. maskers en meningen